Algemene voorwaarden

STALLINGSVOORWAARDEN

Artikel 1
Het ter stalling aanbieden van het object en/of het ophalen van het object dient uitsluitend te geschieden op werkdagen tussen 9.00 uur en 18.00 uur en op zaterdagen tussen 8.00 uur en 14.00 uur. Op zon- en/of feestdagen is de stalling gesloten. Voor het ophalen van een object dient de stallinggebruiker van tevoren bij voorkeur telefonisch of via mail een afspraak te maken met de stallinghouder omtrent de datum en tijdstip van ophalen. Kampeerauto minimaal 1 werkdag en Caravan, boot en vouwwagen minimaal 4 dagen.

Artikel 2
De stallinghouder zal zorg dragen voor het plaatsen van het object in de stallingruimte. Indien het object opgehaald wordt zal de stallinghouder er zorg voor dragen dat het object zodanig is opgesteld dat het direct meegenomen kan worden

Artikel 3
Het in- en uithalen of verplaatsen van het object word uitsluitend gedaan door of met uitdrukkelijke toestemming van de stallinghouder. Het object dient goed wendbaar te zijn. Daartoe dient de stallinggebruiker Indien de gebruikelijk en noodzakelijk het object te voorzien van goed gangbare neuswiel. De ramen dienen vrij te zijn van gordijnen. De stallinghouder heeft het recht om tijdens de stallingperiode het object te verplaatsen. Koppelingen dienen dan ook niet te zijn afgesloten.

Artikel 4
Het object dat ter stalling wordt aangeboden, wordt inclusief alle daarin of daaraan aanwezige accessoires gestald geheel voor eigen rekening en risico van de stallinggebruiker. Indien door enige oorzaak – welke dan ook – schade wordt toegebracht aan het object of onderdelen daarvan, of ingeval van vermissing (ook van onderdelen) is de stallinghouder daar nimmer voor aansprakelijk. Schade wordt overigens aanwezig geacht te zijn geweest bij het aangaan van deze overeenkomst.

Artikel 5
Met betrekking tot het object worden door de stallinghouder niet de risico’s gedekt van brand, water, molest, storm, (natuur) rampen, diefstal, braak, insecten, ongedierte etc.. De stallinggebruiker draagt zelf dit risico. De stallinggebruiker dient zo hij dit wil zelf het object te verzekeren tegen voormelde schades.

Artikel 6
De stallinghouder is slechts aansprakelijk voor schade geleden door de stalling-gebruiker, die het rechtstreeks en uitsluitend gevolg is van een aan de stallinghouder toe te rekenen tekortkoming met dien verstande dat voor vergoeding alleen in aanmerking komt die schade waartegen de stallinghouder verzekerd is, dan wel redelijkerwijs, gezien de in de branche geldende gebruiken, verzekerd had behoren te zijn.

Artikel 7
In het object mogen tijdens de stalling geen gasflessen, accu’s etc. aanwezig zijn. Aanwezige koelkasten dienen open te staan. Aan- en afvoergaten dienen zoveel mogelijk gedicht te zijn. De stallinggebruiker dient de nodige maatregelen te treffen ter voorkoming van schade door bevriezing van het object. Eventuele schade door bevriezing komt voor rekening en risico van de stallinggebruiker.

Artikel 8
De stallinggebruiker is aansprakelijk voor eventuele schade die ontstaat of ontstaan is als gevolg van bederfelijke waren in het object, of als gevolg van aanwezige gevaarlijke stoffen. De stallinggebruiker is eveneens aansprakelijk voor schade als zich ten aanzien van het object een gevaar verwezenlijkt – stallinggebruiker vrijwaart stallinghouder voor schade ten gevolge van aansprakelijkheid voor gebrekkige zaken aan of met betrekking tot het object. De stallinggebruiker dient bederfelijke waren en gevaarlijke stoffen voorafgaand aan het ter stalling aanbieden van het object te verwijderen en eventuele (gevaar zettende) gebreken (aan of met betrekking tot het object) te herstellen.

Artikel 9
Het is de stallinggebruiker en anderen in overleg met de stallinghouder toegestaan tijdens de stallingperiode het object ter bezichtiging aan te bieden.

Artikel 10
Het is de stallinggebruiker verboden om werkzaamheden aan of in het object te verrichten tijdens de stalling behoudens uitdrukkelijk toestemming van de stallinghouder. De schade die door de werkzaamheden voor derden ontstaat komen geheel voor rekening en risico van de stallinggebruiker. De stallinghouder is op geen enkele wijze aansprakelijk voor schade aan het object veroorzaakt door welke werkzaamheden dan ook die verricht zijn door derden of stallingsgebruiker.

Artikel 11
Het overeengekomen bedrag dient uiterlijk 2 maanden na dagtekening door de stallinggebruiker aan de stallinghouder voldaan te zijn. Zolang de stallinggebruiker niet volledig aan zijn verplichtingen ten opzichte van de stallinghouder heeft voldaan, is de laatste gerechtigd het object onder zich te houden. De stalling gebruiker is dan een vergoeding van € 25,00 (incl. BTW) per week of een gedeelte van een week aan de stallinghouder verschuldigd. Zodra de stallinggebruiker in verzuim is, is hij zonder nadere aanzegging de wettelijke rente over de hoofdsom verschuldigd. Indien de stallinghouder incasso maatregelen dient te nemen komen de buitengerechtelijke incassokosten die 15 % bedragen van de verschuldigde hoofdsom met een minimum van € 80,00 voor rekening van de stallinggebruiker. Indien er maatregelen in rechte genomen dienen te worden ter inning van hetgeen aan de stallinghouder verschuldigd is komen de volledige kosten van rechtsbijstand, inclusief het volledige salaris van de rechtsbijstandverlener, voor rekening van de stallinggebruiker.